A. G. van Hamel: man van twee werelden

From Kelten
k1-2025-zanten,-arwen-van-van-hamel-keltisch-utrecht-biografie
101
Gepubliceerd: 1 februari 2025
A. G. van Hamel: man van twee werelden
Arwen van Zanten


Van HamelKeltischUtrechtbiografie
Title (EN): A. G. van Hamel: man of two worlds
Abstract (EN): The centenary of Celtic Studies in Utrecht is commemorated with the publication of a biography of A. G. van Hamel, who became professor in both Germanic and Celtic Studies in Utrecht in 1923. Various aspects of his career and personality are discussed.

Bart Jaski, Lars Nooij, Sanne Nooij-Jongeleen & Nike Stam (red.), Man van twee werelden: A. G. van Hamel als keltoloog en germanist (Utrecht 2023). Stichting A. G. van Hamel voor Keltische Studies. 104 pp. Uitgave ter gelegenheid van het honderdjarig jubileum van de Keltische Studies in Nederland voor begunstigers van de Stichting A. G. van Hamel voor Keltische Studies.

Ter gelegenheid van het honderdjarig jubileum van Keltische studies in Nederland in 2023 heeft de Stichting A. G. van Hamel een biografie van professor Anton Gerard van Hamel uitgegeven: Man van twee werelden: A. G. van Hamel als keltoloog en germanist. In datzelfde jaar werd ook het International Celtic Congress in Utrecht gehouden, en alle congresgangers kregen een exemplaar van de Engelse vertaling die was gesubsidieerd door de Ierse ambassade. A. G. van Hamel was de eerste professor Keltische studies in Nederland en doceerde in Utrecht van 1923 tot 1945, en deze biografie geeft een beknopt overzicht van Van Hamels levensloop en een bloemlezing aan bijdragen over zijn werkende leven. De bijdragen belichten elk een ander gebied van zijn academisch werk.

De vormgeving van het boek is prettig. Mooie kaft, fijn formaat en een plezierige verhouding van foto’s en tekst. De indeling van de biografie is goed opgezet, waarin de dichotomie van de twee werelden ook doorschemert. Deze biografie lijkt eveneens uit twee delen te bestaan, namelijk een beknopte beschrijving van Van Hamels leven tot hij zijn velbegeerde professoraat behaalt, met zeer grote informatiedichtheid; en luchtigere en niet altijd even informatieve bijdragen van verschillende academici over verscheidene facetten van Van Hamels bijdragen aan verschillende vakgebieden. Sommige van deze bijdragen bieden ook een inkijkje in Van Hamels persoon, en geven een mooi beeld van de tijd waarin hij leefde. De beschrijving van Van Hamels levensloop, geschreven door Bart Jaski, verraadt een jarenlange interesse en studie. Jaski’s passie voor het onderwerp valt tussen de regels door duidelijk te lezen.

De bijdrage van Aaron Griffith verdient speciale vermelding. Hij gebruikt in zijn betoog de zogenaamde Radices linguae Hibernicae (UB Utrecht, Collectie Van Hamel, D1), waarvan helaas (zoals ook te lezen in bijbehorende voetnoten) men niet zeker weet of deze ook daadwerkelijk van Van Hamel waren. Desondanks houdt Griffiths stelling, dat Van Hamel ook een actief linguïst was, wel stand. Graag wijs ik hierbij naar het feit dat Van Hamel betrokken was bij de Internationale Linguïstische Congressen van 1928 en 1933 (zie mijn artikel ‘Het congresleven van A. G. van Hamel’, in Kelten 97 (2024)).

De bijdragen van met name Pierre Faure over het Bretons, Angharad Price over het Welsh, en die van Arend Quak over IJsland zitten vol nieuwe verrassingen over Van Hamels activiteiten. Pierre Faure vult met zijn bijdrage een anders opvallende schaarste in het werk van Van Hamel. Als professor in de keltologie verwacht men toch ook kennis van het Bretons? Faure werpt zijn licht op deze vraag. Price is in de Welshe archieven gedoken, en heeft daar een zeer interessante briefwisseling gevonden tussen Van Hamel en Henry Parry-Williams, zijn leraar Welsh. Deze correspondentie geeft een mooi beeld van wie Van Hamel was als persoon, en hoe hij zich het Welsh heeft eigengemaakt. Ook Quak belicht een nieuw aspect van Van Hamel, als een zeer betrokken docent die zomerkampen in IJsland organiseerde voor zijn studenten, zodat zij de cultuur en geschiedenis aldaar aan den lijve konden ondervinden. Van Hamel was zélf zeer bereisd, en moet daarvan het nut hebben ingezien. Ook gezien zijn eigen ervaringen in Wales, zoals te lezen in de bijdrage van Price.

De bijdrage van Nike Stam, een zeer onderhoudende auteur, over Van Hamels vriendschap met de Ierse geleerde R. I. Best geeft een kleurrijk beeld van intercollegiale contacten, en Van Hamels visie op vrouwelijke academici, die toentertijd alleszins gangbaar was. Hier toont Van Hamel zich zeer vooruitstrevend.

Ondanks de genoemde dichotomie, bevat de biografie ook een rode draad van verbondenheid. In alle hoofdstukken komt er een beeld naar voren van Van Hamel als een internationaal gewaardeerd wetenschapper. Iemand die zijn multidisciplinaire kennis gebruikt om bruggen te bouwen; tussen academici, vakgebieden, geslachten, culturen, en talen.

Ik sluit mij graag aan bij de woorden van prof. Peter Schrijver in het voorwoord: “Ik feliciteer de bezorgers en auteurs van deze bundel met hun geslaagde expeditie in de wereld van A. G. van Hamel.” De biografie geeft een prachtig overzicht van het leven van Van Hamel en zijn invloed op de vakgebieden keltologie en germanistiek. Bovendien is de inhoud zó gevarieerd, dat het voor iedere lezer wel iets fraais bevat. Tevens biedt het aanknopingspunten voor verder onderzoek, bijvoorbeeld zijn (werk)relatie met prof. Draak, zijn privéleven, met name zijn homoseksualiteit en zijn poëzie, en zijn houding ten opzichte van de germanistiek tijdens het opkomende nazisme. Het archief en de bibliotheek van Van Hamel in de Universiteitsbibliotheek in Utrecht hebben zeker nog veel meer te bieden! 

NB Er zijn ook digitale versies van de Nederlandse en Engelse uitgaven.



Vorige bijdrage
Nieuws en mededelingen Kelten 100
Lisanne Bosman
1 februari 2025